Hoe Toos
Toos van Holstein in |
Schilderen zit Toos van Holstein in het bloed, maar in haar genenpatroon moet toch ook wel haast een bronsgen zitten, want aan het maken van bronzen beelden kan zij zich van tijd tot tijd volledig over geven.
Daarbij voegt ze op voor haar karakteristieke manier aan bepaalde thema’s in haar tweedimensionale werk de derde dimensie toe. De bronzen Dandelions (foto rechts), de mythische vliegende paarden, en de Fuerza’s, krachtige vrouwen die, ondanks tegenslagen in het leven, altijd weer de moed en het doorzettingsvermogen vinden om verder te gaan, zijn hiervan duidelijke voorbeelden.
Deze beelden worden gegoten volgens de zogenaamde cire perdue methode (verloren was methode) die al zo’n 2000 jaar v.Chr. bekend was bij de Soemeriërs in de Indusvallei. De oude Grieken ontwikkelden hierop een variant, waarbij het mogelijk bleek een bepaalde vorm meerdere keren te gebruiken.
Deze techniek wordt tot in onze tijd nog steeds toegepast, zij het vaak met de modernere materialen die wetenschappelijke ontwikkelingen ons hebben opgeleverd. Hieronder volgt een korte, technisch gezien beslist niet volledige beschrijving van dit proces dat uiteindelijk tot een bronzen beeld leidt.
Allereerst is er natuurlijk het creatieve deel: Toos van Holstein maakt een model in goed kneedbare was van het beeld dat haar voor ogen staat. Dan volgt een aantal ambachtelijke stappen: bij de bronsgieterij wordt dit model ingepakt in siliconenrubber. Deze uitwendige mal bestaat uit een aantal stukken, die na het harden van het rubber worden verwijderd van het inwendige wassen model. Uit hoeveel delen deze mal bestaat hangt af van de complexiteit van het te gieten beeld.
Als die delen opnieuw aan elkaar worden bevestigd, ontstaat een holle ruimte in de vorm van het oorspronkelijke wasmodel. De bronsgieter vult die holle ruimte nu met gesmolten gietwas. Na korte tijd giet hij dit er ook weer uit, waarbij een dunne laag was aan de binnenkant van de mal achter blijft.
Dit proces wordt een paar keer herhaald waarbij de waslaag steeds iets dikker wordt. Als uiteindelijk de rubberdelen weer worden verwijderd, is een nieuw, maar nu hol, wasmodel ontstaan. Elke keer bij het maken van een volgend beeld in dezelfde serie wordt dit proces herhaald.
Nu begint het creatieve proces weer, want aan het nieuwe model voegt Toos van Holstein extra elementen toe. Bij Fuerza (foto rechts) bijvoorbeeld kan
de hoofdtooi veranderd worden evenals de vorm van het lichaam. Ook maakt ze
elke keer een andere mantel die bestaat uit materiaal dat makkelijk verbrandt
bij niet te hoge temperatuur, zoals jute gedrenkt in was.
De staf in de hand is
van natuurlijk materiaal, de ene keer van een berenklauwstengel, de andere keer
van een mooi gevormde tak.
Is het model naar haar zin, dan komt de bronsgieter opnieuw in beeld. De te gieten vorm wordt weer ingepakt in hittebestendig materiaal, waaraan giet- en ontluchtingskanalen zijn bevestigd. De vorm van Fuerza is echter zodanig ingewikkeld dat deze niet uit één stuk kan worden gegoten. De mantel en de staf worden apart gemaakt. Klik hier voor een foto van het gieten.
Door de diverse onderdelen te
verhitten, verbranden de natuurlijke materialen, smelt de was en ontstaat een
holle ruimte die via de gietkanalen gevuld wordt met vloeibaar brons (een
metaallegering van vooral koper waaraan tin, zink en/of lood is toegevoegd) met
een temperatuur van meer dan 1000 oC.
De ontluchtingskanalen zijn
nodig om de lucht uit de hol geworden ruimte te laten ontsnappen, want
luchtbellen in het brons veroorzaken het mislukken van het gietproces.
Als het gietsel voldoende is afgekoeld, worden omhullende vorm, giet- en ontluchtingskanalen verwijderd, waarna, waar dat nodig is, het beeld wordt geslepen.
De laatste stap is dan het zogenaamde patineren. Hierbij krijgt, in een samenspel van insmeren van het brons met bepaalde chemische zuren en het verhitten ervan, het beeld een veelkleuriger oppervlak. Klik hier om te zien hoe dat in zijn werk gaat.
Ten slotte freest Toos nu ergens in het oppervlak van het beeld haar
signatuur TvH als bewijs dat het beeld echt van haar is.
Eigenlijk in tegenspraak met de betekenis van het woord spreekt men in de kunstwereld van unica bij bronzen als er van een serie identieke beelden niet meer dan 7 worden gemaakt. Bij Toos mag er echter zeker van unica worden gesproken, omdat elke Fuerza, elke Dandelion of welk ander beeld dan ook dat ze ontwerpt in zo’n serie verschilt van de voorgaande.